Tussen 1600 en 1800 gebruikten mensen verschillende technieken om voedsel te bewaren, zoals fermenteren, roken en inleggen. Zo werd voeding voor steeds meer mensen beschikbaar, en kon het ook steeds verder getransporteerd worden. Dat zorgde voor groei van zowel de economie als de bevolking in vroegmodern Europa.
Met de kennis over conserveren, groeide ook de kennis over onderwerpen als natuurfilosofie en chemie. In deze lezing hoor je meer over hoe deze technieken zich ontwikkelden, en zich verspreidden onder de mensen.
In het door de European Research Council gefinancierde onderzoeksproject PRESERVARE wordt onderzoek gedaan naar onder andere deze vragen. Dr. Marieke Hendriksen vertelt hierover aan de hand van case studies over fermenteren, roken, drogen, konfijten, pekelen, zouten en inleggen.
Spreker: Dr. Marieke Hendriksen is wetenschaps- en kennishistoricus, gespecialiseerd in de verweven geschiedenis van voeding, geneeskunde en chemie. Zij werd opgeleid in Utrecht, Londen en Leiden, en werkte als onderzoeker en docent aan gerenommeerde universiteiten en onderzoeksinstituten in binnen- en buitenland. Dr. Hendriksen publiceert zowel wetenschappelijke als populairwetenschappelijke boeken en artikelen, zoals bijvoorbeeld Het Grote Dropboek (2024). Momenteel is zij als senior onderzoeker en afdelingshoofd verbonden aan het Huygens Instituut voor Nederlandse geschiedenis van de Koninklijke Nederlandse Academie van Kunsten en Wetenschappen (KNAW). Daar leidt zij onder andere het vijfjarige onderzoeksproject PRESERVARE (www.preservare.eu), waarin zij met haar team onderzoek doet naar de ontwikkeling van voedselconserveringstechnologie in de vroegmoderne Nederlanden.
Deze lezing is gratis te bezoeken met dank aan de Koninklijke Industrieele Groote Club. Wil je vooraf het museum bezoeken, koop dan een museumticket bij de kassa.


